Reünie in de messroom van een vriestrawler
Doorgaans zijn er andere en aantrekkelijkere locaties aan de wal voor het organiseren van een reünie. Maar dit keer betrof het een reünie in de messroom van de vriestrawler SCH-81 ‘Carolien’.
Geattendeerd door een kennis stapte Kees Taal (64), inmiddels alweer enkele maanden werkzaam bij Wageningen University Research als visserijcijferdeskundige, aan boord van de SCH-81 van rederij Vrolijk en ontmoette daar de opvarenden Jan van der Kruik (63) en Maarten Ketting (67). Van der Kruik is kwaliteitscontroleur en Maarten is kok. Beiden hadden Taal bijna vijftig jaar niet gezien. Ze brachten gedrieën hun jeugd door in dezelfde wijk in Scheveningen. Toen Jan en Maarten kozen voor de visserij en Kees Taal later verhuisde uit de wijk en een baan aanvaardde bij het toenmalige LEI verloren zij elkaar uit het oog. Jan en Maarten zijn beiden al meer dan vijfenveertig jaar werkzaam op zee.
Jan stapte als 15-jarige in november 1974 aan boord van de SCH-248 ‘Prinses Margriet' van rederij J.J. van der Toorn. In mei 1987 ging Jan voor rederij Vrolijk varen en volgend jaar mei heeft ie er dan 36 jaar opzitten. Na een niet zo'n succesvolle periode middelbare school begon Maarten Ketting zijn loopbaan aan boord van de SCH-90 ‘Onderneming', ook van Vrolijk. Sindsdien heeft de kok alleen maar voor trawlers van de rederij gevaren. ‘Volgens mij zit ik bijna aan de vijftig jaar', aldus de altijd goed gemutste Ketting. De drie jeugdvrienden raakten aan boord van de ‘Carolien’ niet uitgesproken over de tijd dat ze veelal in het havengebied hun vrije tijd doorbrachten. Eind jaren zestig en begin jaren zeventig was daar nog volop reuring. Op de foto van links naar rechts Jan van der Kruik, Maarten Ketting en Kees Taal.