Minder kotters naar zee

Reeds van meet af aan zijn dit jaar minder kotters naar zee gegaan. Ongeveer dertien kotters bleven in januari voor de kant en inmiddels liggen meerdere kotters als gevolg van de peperdure brandstof en de schrale vangsten voor de kant.

Veroudering van de kotter, tekort aan financiële middelen om opgelopen schade te herstellen, gebrek aan opvolging, ingetrokken certificaten van deugdelijkheid, matige vangsten, bemanningsproblemen, ruimtegebrek op zee en hoge brandstofprijzen. Een opsomming van redenen die ertoe hebben geleid dat de actieve vloot dit jaar verder zal inkrimpen. Voor de meeste eigenaren een moeilijk besluit.

In Stellendam ligt al geruime tijd de grote en stoere boomkorkotter UK-152 voor de kant en ook de Eurokotter TH-119 zal dit jaar niet meer aan vissen toekomen. De TH-119 maakte vorig jaar nog incidenteel een reisje. Naar verluidt zou de kotter uit het visserijregister zijn uitgeschreven. Met de TH-7 die eind vorig jaar is verkocht, betekent dat een aderlating van de vloot van Tholen. Twee Noordzeekotters op een totaal van vijf impliceert dat er nu nog maar drie over zijn: de TH-5, TH-6 en de TH-10. Maar ook een aderlating voor de Scheveningse visafslag. De TH-7 was immers jarenlang vaste klant van de visafslag.

De eigenaren van grote boomkorkotters die dit jaar niet zijn uitgevaren, hopen op een saneringsregeling in het kader van de Brexit. Waarschijnlijk komt er deze zomer een regeling voor kottereigenaren die gestopt zijn. Dat zou voor velen een verlichting van de nog lopende financiële verplichtingen betekenen. Van de Urker vloot lagen vanaf januari vier grote kotters stil. In Zeeland valt de ‘schade' mee. Tot dusver is alleen de ARM-15 vorig jaar gestopt met de visserij. Of er Zeeuwse kotterbedrijven zijn die inhaken op de saneringsregeling is niet bekend. Wel staat vast dat nu er meer kotters stilliggen als gevolg van peperdure gasolie, hun eigenaren overwegen om alsnog te saneren.