Afbeelding
Foto: EMK

Kottervloot vangt meer bot en tong dan schol

Sinds eind vorig jaar vangen kotters die buiten de 12-mijlszone vissen relatief grote hoeveelheden bot. Hoewel ondergewaardeerd, is bot in maart een goed alternatief voor schol.

Tong en schol zijn voor de boomkorvloot, bestaande uit nog maar 70 kotters, en het kleine vlootje Eurokotters de twee belangrijkste doelsoorten. Tot pakweg twintig jaar geleden werd er doorgaans meer schol dan tong aangevoerd. Schol stond prominent bovenaan in de aanvoerstatistieken, gevolgd door tong. Bot kwam, qua hoeveelheid, pas na schar en wijting in beeld. Inmiddels is die rangschikking behoorlijk overhoop gehaald. Scholvangsten zijn beneden peil maar bot wordt volop gevangen.

Vrijwel alle vijf afslagen die aan het PEFA-veilsysteem gekoppeld zijn, noteerden in januari en februari aanvoerdagen waarbij ruime partijen bot verhandeld werden. De meeste aanlandingen van bot vonden plaats in IJmuiden en Scheveningen. Botprijzen schommelden de afgelopen weken tussen grofweg 0,65 tot 0,91 cent per kilo. Aanzienlijk goedkoper dan schol. Echter, de Nederlandse consument is niet te porren voor bot, dus gaat vrijwel alles naar het buitenland.


In 2021 zag de Nederlandse kottervloot kans om slechts 39% van het beschikbare quotum aan tong te benutten. Dus onderbenutting in plaats van overbevissing. Datzelfde geldt voor schol. Minder dan 40% is er in 2021 benut. Gelukkig nemen de vangsten van tong sinds februari geleidelijk aan toe. Dat is te merken in de visafslag, waar tong de belangrijkste soort is en de gunstige tongprijs de pijn een beetje verzacht, die door de uitzonderlijk hoge brandstofprijs veroorzaakt wordt.