Afbeelding
Harry Oosterveen

Duindorpse haalt bezem door Westduinen

Yvon Pieterse zit gehurkt in het zand van een stuk Westduinen. Ze pakt wat restjes asfalt op. “Dit hoort toch niet in het duin thuis”, vraagt de Duindorpse retorisch. “Het zijn overblijfselen van een asfaltweggetje dat nu een zandpad is. Niemand heeft het weggehaald.” Even later lopen we door het glooiende zand, waar Yvon constant wijst op afvalresten. “Deze sintels bijvoorbeeld zijn zware metalen. Die moeten weg, zodat de duinen weer blank worden.” Yvon ziet het als haar levenstaak afval op te ruimen uit het duin en het voormalige Zenderpark bij Duindorp.

Al zeven jaar duikt Yvon het duin langs de Wieringsestraat in om menselijk afval uit de natuur te verwijderen. “Omdat het me stoort”, zegt de vrouw die zich kunstenares noemt. “In de tijd dat ik hier kwam wonen, zag ik in het buurthuis een film over de ontmanteling van het oude Zenderpark in het bijzijn van ecologen. Dat terrein was 100 jaar afgesloten met prikkeldraad. Omdat ik er regelmatig wandelde met de hond, viel het me op hoeveel afval daar ligt. Mijn handen jeukten om het allemaal op te ruimen. Ik belde met de gemeente en een vooruitstrevende ambtenaar vond mijn idee zo goed dat ik toestemming kreeg een jaar in het duin aan de slag te gaan. Wekenlang werkte ik iedere dag en haalde ballen, lege jeneverflessen, blikjes, zilverpapier, plastic flessen, hele magnetrons en verkeersborden weg. Ik vond zelfs nog een oude opblaaspop en een kristallen bol.”


Kogelhulzen

Aan de andere kant van het Zenderpark bevindt zich een zandvlakte. Ook hier lag van alles, zegt Yvon. “Resten uit de oorlog, zoals kogelhulzen, bomscherven, roestig prikkeldraad, restanten van apparatuur en heel veel sintels. Ook dat spul ruimde ik op en ging in vuilniszakken die ik achterliet bij de ingang van de Westduinen aan de Zeezwaluwstraat. Er kwam constant vuil bij, tot vandaag de dag aan toe. Daarom ben ik doorgegaan na dat eerste jaar. Het staat gewoon lelijk en het hoort niet in het duin thuis. Als een stukje natuur er schoon uitziet, gooien mensen niet zo gauw iets tussen de struiken, maar zodra zo’n bosje al een zootje is, denken ze: we gooien het er maar bij. Mensen zijn onverbeterlijk.”

De meest interessante vondsten exposeert de Duindorpse in haar weelderige achtertuin. Op een tafeltje liggen roestige bouten en Engelse en Duitse kogelhulzen. Er is ook een potje met meerschuimen pijpenkoppen en een schaal met oude potscherven uit lang vervlogen tijden. Allemaal uit het duingebied. Het wordt steeds mooier in het duin, vertelt Yvon. En ze krijgt complimenten. “Medebewoners uit onze flatjes juichen me toe als ik aan het werk ben. Ook Eric Wisse, consulent bij Stichting Duinbehoud, vindt mijn werkzaamheden goed.”


Beboet

Niet iedereen lijkt even blij met de opruimwoede van Yvon. Ze toont een gelig vrijwilligersbandje. “Dit jaar ben ik hem enkele keren vergeten mee te nemen op pad in de Westduinen. Daarom kreeg ik deze zomer al vier bekeuringen van boswachters van elk 109 euro. Als ik hem om mijn arm heb laten ze me met rust. Ze weten wie ik ben en wat ik in het duin doe. En toch bekeuren ze me, alsof ik een misdadiger ben. Waar ik opruim, staan geen palen met borden dat je er niet mag komen. Mijn punt is dat je er wel mag lopen, zeker als je afval weghaalt. Ik vind het onbegrijpelijk dat ik mijn wereld niet mooier mag maken. Ik wil dat de gemeente mijn opruimacties honoreert, dat ik als burger de vrijheid heb om mijn ding te doen. En eigenlijk wil ik het boetegeld terug.”

Yvon Pieterse twijfelt of ze wel wil doorgaan. “Als het zo gaat, dan maar liever niet meer”, zegt ze ferm. Jammer vindt ze het wel. “Als het schoon is, is het duingebied uitzonderlijk mooi.”