
Ramp met marineschip Adder groots herdacht
AlgemeenDe grootste ramp bij de Koninklijke Marine in vredestijd is tegelijkertijd de meest onbekende. Op de avond van 5 juli 1882 ging het verdedigingsvaartuig Zr. Ms. Adder kopje onder op 4,5 mijl voor de Scheveningse kust, waarbij 65 opvarenden het leven lieten. Precies 140 jaar later, op dinsdag 5 juli hield Stichting Gedenkteken Zr. Ms. Adder een herdenking.
De focus van de herdenking lag deze keer niet zozeer op de ramp zelf, maar op de bemanning. Bestuurslid van de stichting Jan Kees van Dalsen dook daarvoor in de geschiedenis van de crew en tegelijkertijd in onder meer het Nationaal Archief om de identiteit van de omgekomenen te achterhalen en te verifiëren. “Nu weten we van elk bemanningslid diens voorgeschiedenis”, aldus Jan Kees. “Door mijn onderzoek kwamen ook nabestaanden in beeld, waarvan er enkele aanwezig zijn bij de herdenking. Het gaat dan bijvoorbeeld om achterachterkleinkinderen van de slachtoffers.”
Middels herdenkingen hoopt de stichting de belangstelling voor de vergeten ramp op te wekken. Tijdens de ceremonie werd dan ook groots uitgepakt. Niet alleen vond er een ceremonie plaats in de Oude Kerk, maar ook op de boulevard bij het monument van de Adder. Verder deden een patrouillevliegtuig en een helikopter van de Kustwacht een flypast, de mijnenjager Zr. Ms. Makkum lag voor de kust en het Kustwachtschip Barend Biesheuvel lag boven het wrak. Vanaf het dek hiervan werd ook een krans gelegd.